Camera’s kosten acht ton, leveren weinig op
Een gemiddeld cameraproject in de openbare ruimte kost 800.000 euro, exclusief personeelskosten. De baten van de toenemende inzet van cameratoezicht blijven echter onduidelijk. Daarnaast worden camera’s steeds meer voor opsporingdoeleinden ingezet: een duidelijk geval van function creep. Dat zijn de belangrijkste conclusies van de Derde Evaluatie Cameratoezicht Op Openbare Plaatsen (PDF), die eind vorige week is gepresenteerd.
Dit is een bijdrage van Dimitri Tokmetzis, schrijver van de blog De Naakte Mens, en Arjan de Jong.
Sinds 2006 houdt Regioplan jaarlijks een enquête onder ongeveer vierhonderd Nederlandse gemeenten. Eén conclusie keert iedere keer terug. Het gebruik van cameratoezicht neemt toe. Inmiddels leeft de helft van de Nederlandse bevolking in een gemeente waar cameratoezicht wordt toegepast. De belangrijkste redenen voor het inzetten van camera’s zijn algemeen toezicht, het vergroten van de veiligheid en preventie. Opvallend dit jaar is dat slechts 15 procent van de gemeenten meent dat andere maatregelen onvoldoende effect hebben.
Dit jaar is gekeken naar de kosten en baten van cameratoezicht. Tegenover de gemiddelde kosten van 800.000 euro (uitgesmeerd over zeven jaar) staan ook financiële opbrengsten: 1.000 tot 2.500 euro aan verhaalde schade per jaar. In sommige gemeenten worden minder vernielingen gepleegd, een besparing van circa 10.000 euro per jaar. De personeelskosten (zes beveiligingsbeambten die de beelden uitkijken, twee gemeenteambtenaren en twee tot drie politieagenten) zijn nog niet meegeteld. Eén camera kost een gemeente gemiddeld 15.000 euro.
De gemeenten rapporteren ook veiligheidsbaten, al blijft dat erg vaag. Het grootste voordeel is ‘het toegenomen gevoel van veiligheid’. Wat dat betreft is het deze derde evaluatie een echo van de tweede. Het is moeilijk aan te geven wat cameratoezicht concreet bijdraagt. Vorig jaar nam bijvoorbeeld in sommige gemeenten de misdaad en overlast af in toezichtgebieden, terwijl die in andere gemeenten juist weer toenam.
Opvallend is ook dat cameratoezicht steeds meer voor de opsporing wordt gebruikt. Maar liefst in 86% van de gemeentes worden de beelden door de politie voor opsporingsdoeleinden gebruikt. Dit wijkt af van het oorspronkelijke, wettelijke doel: handhaving van de openbare orde (Art. 151c lid 6 Gemeentewet). Al bij het behandelen van het wetsvoorstel (PDF) in 2003 en 2004 heeft de Raad van State kanttekeningen geplaatst bij de mogelijke consequenties die dit zou kunnen hebben. Terecht merkte de Raad destijds al op dat langdurige opslag van camerabeelden, zoals wij dit nu zien, weinig bijdraagt aan het doel van handhaving van de openbare orde. In 5% van de gemeentes worden beelden verder langer bewaard dan het wettelijk maximum van 4 weken (Art 151c lid 6 Gemeentewet).
De evaluaties tot nu toe staan nog maar weinig stil bij de onbedoelde bijwerkingen (PDF) van cameratoezicht. Ze kunnen mensen op straat, of winkelpersoneel van de verplichting ontslaan in te grijpen als er iets gebeurt: de camera draait toch. De jaarlijkse evaluaties bevestigen telkens wat we eigenlijk al weten: dat de effectiviteit van cameratoezicht beperkt is. De Londense hoofdinspecteur Mick Neville, klaagde er vorig jaar al over dat het cameratoezicht in zijn stad een ‘totaal fiasco’ was. De miljarden ponden, die Londen tot de meest bekeken stad ter wereld hebben gemaakt, hebben haar niet veiliger gemaakt, zei hij.
Dit soort berichten en de rapportages weerhouden de Nederlandse overheid er niet van om fors te investeren in cameratoezicht. In mei van dit jaar trok het kabinet 25 miljoen euro uit voor cameraprojecten in Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Eindhoven en Leiden. De Nationaal Coordinator Terrorismebestrijding hamert er telkens op dat camera’s een grote rol spelen in de terreurbestrijding. Na incidenten in het openbaar vervoer en tegen hulpverleners, worden bussen, politieauto’s, ambulances, brandweerwagens en treinen met camera’s uitgerust. Daarnaast worden steeds meer slimme camera’s ingezet, die bijvoorbeeld agressie of gezichten herkennen. De politie in Amsterdam werkt al met een gezichtsherkenningssysteem. Dit optimisme strookt niet met de magere resultaten die uit de evaluaties spreken.