De vrijheid van misselijkheid
- 29 augustus 2014
- MartaMaria Fontana (foto)
Hoewel wij opkomen voor de grondrechten van internetgebruikers, zijn grondrechten er natuurlijk voor iedereen. Iedereen heeft het recht op vrijheid van meningsuiting. Daar waar belangen botsen, moet die belangen tegen elkaar worden afgewogen. De vraag is dan: welke belang moet zwaarder wegen?
Wat als niemand van Michael Brown had gehoord?
De vrijheid om je eigen keuzes te maken is er ook voor Twitter. Ook toen Twitter besloot accounts af te sluitenDe CEO van Twitter over het beleid om accounts af te sluiten. van hen die iets “related to” schreven over het filmpje waarin de journalist James Foley wordt onthoofd. Naar verluid gebeurde dat op het verzoek van de familie. Google nam eenzelfde beslissing: het filmpje zelf is niet meer te vindenHet filmpje van de onthoofding van Foley is niet meer te vinden op YouTube. op YouTube. De foto's van de zwarte jongeman die in Ferguson door de politie werd doodgeschoten staan overigens nog wél op TwitterEén van de tweets met een foto van de neergeschoten Brown..
Deze beslissingen van Twitter en Google zijn veel problematischer dan op het eerste gezicht lijkt. Twitter en Google zijn inmiddels zo groot dat hun beslissing om geen aandacht te schenken aan een bepaald nieuwsfeit bepalend kan zijn voor de verdere ontwikkeling daarvan. De rellen in Ferguson, na het doodschieten van een zwarte jongeman, zijn illustratief: de rellen waren direct trending op Twitter, maar Facebook-gebruikers lazen er pas 24 uurOp Twitter was Browns dood direct zichtbaar, bij Facebook slechts sporadisch. later over. Voor hetzelfde geld waren de algoritmen helemaal nooit aangeslagen, hadden slechts weinigen van Michael Brown en de rellen gehoord en was er geen ophef ontstaan.
Soms zijn gekwetste zieltjes belangrijker
Hoe schokkend het filmpje van de onthoofding ook is, het is de keiharde realiteit van onze wereld. Dit soort beelden zijn medebepalend voor onze toekomst. Denk maar aan het beeld van dat Vietnamese meisjeDe wereldberoemde foto "Napalm Girl". dat op de vlucht is nadat een napalmbom op haar dorp is gegooid, of het beeld van de Irakees die aan een lijntje wordt gehoudenHet iconische beeld van het wangedrag van Amerikaanse soldaten in de Abu Ghraib-gevangenis. in de Abu Ghraib-gevangenis. Als die beelden niet op ons netvlies gebrand waren, hadden we een heel ander beeld gehad bij de oorlogen in Vietnam en Irak.
Dit soort beelden moet gezien worden – in ieder geval door hen die dat willen. Elk van ons moet dat voor zichzelf bepalen. Die keuze wil je niet uit handen geven aan een commercieel bedrijf, hoe comfortabel dat op het eerste gezicht ook lijkt. Zo'n bedrijf heeft andere belangen, die van de aandeelhouders in de eerste plaats. Zo'n bedrijf wordt niet rijk van gebruikers die misselijk worden en zich ongemakkelijk voelen. Maar in the grand scheme of things zijn die gekwetste zieltjes soms wel veel belangrijker. Daarom moet de keuze bij de gebruiker liggen.
Hoe schokkend het filmpje van de onthoofding ook is, het is de keiharde realiteit van onze wereld.
Vrijheid van onderneming versus die van meningsuiting
Hoe dat zich verhoudt met de vrijheid van Twitter en Google? Die hebben, net als ieder ander, alle vrijheid. Daar waar hun vrijheid botst met de vrijheden van anderen moeten belangen worden afgewogen. De wetmatigheid die ontstaat: naarmate de marktmacht van zo'n platform groeit, moet het belang van de vrijheid van meningsuiting steeds zwaarder gaan wegen ten opzichte van het belang van ondernemersvrijheid. En dat betekent dat Twitter of Google in casu bijzonder weinig vrijheid hebben om de vrijheid van meningsuiting van hun gebruikers in te perken. Van de filmpjes van de onthoofding van een journalist moeten ze dan ook afblijven.