Tijd voor het fundament: wetgeving voor geheime diensten wordt herzien
- 08 juni 2015
Binnenkort zal een herziening van de wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) op internetconsultatie verschijnen. Die herziening gaat over twee hele belangrijke vragen: hoe vinden wij dat geheime diensten zich moeten gedragen? En: Hoe zorgen we er voor dat de geheime diensten zich aan de regels houden? Na de Snowden-onthullingen, de onthullingen in Duitsland en 10 jaar na de vorige wet is het hoog tijd voor deze fundamentele discussie. Wij gaan die discussie graag aan.
Omdat geheime diensten over het algemeen niet in het openbaar opereren, maar juist buiten het oog van het publiek, is voor verantwoording zoveel mogelijk transparantie en openbaarheid cruciaal. Essentieel is dat er een duidelijke wet is waaruit duidelijk blijkt wat geheime diensten precies mogen doen. Daarbij moeten de bevoegdheden die de geheime diensten hebben ook écht noodzakelijk zijn en moet duidelijk worden waarom de bestaande bevoegdheden niet meer voldoen. Een van de belangrijkste onderdelen van de wet is voor ons de voorgestelde massale communicatietap.
Massale communicatietap
Er zal worden voorgesteld de bevoegdheden voor de geheime diensten uit te breiden. Het voornaamste onderdeel zal de invoering van een massale communicatietap zijn. Daarmee zouden de geheime diensten al onze communicatie kunnen afluisteren – telefoongesprekken met je ouders, de e-mails op je werk, alle sites die je bezoekt over je geloof, seksuele geaardheid of over een ziekte die je hebt. Ze kunnen dan bijna alles volgen wat je doet, maar ook waar je bent en met wie je daar bent. Dit zou de meest vergaande bevoegdheid zijn die de Nederlandse geheime diensten ooit hebben gehad. Een bizar grote inbreuk op onze privacy. Hoe heeft het zover kunnen komen? Nou, zo:
Terugblik
In 2011 adviseerde de CTIVD, de toezichtcommissie op de geheime diensten, dat onderzocht moest worden of er een uitbreiding van de bevoegdheid om massaal communicatie op te zuigen zou moeten komen. Koren op de molen van de toenmalige minister van Defensie, die onmiddellijk aankondigde dat die uitbreiding noodzakelijk zou zijn – dus nog vóór het onderzoek gedaan was.
De wijziging van de wet werd daarmee in gang gezet, zonder dat was aangetoond waarom die massale tap noodzakelijk was en nog vóór er een evaluatie was van de huidige wet. Uiteindelijk besloot de minister van Binnenlandse Zaken in 2012 dat een evaluatie wel gewenst was – maar wel binnen het kader van de al geplande wijzigingen van de wet. De uitkomst van de evaluatie – het rapport van de commissie Dessens – is in dat licht niet verrassend, namelijk: de bevoegdheden om massaal communicatie te kunnen verzamelen moet worden uitgebreid. Die aanbeveling is vervolgens overgenomen door minister Plasterk die in reactie op het rapport aankondigde met een wetsvoorstel te komen.
Een écht onderzoek naar de noodzaak van de uitbreiding van bevoegdheden en de effectiviteit van de huidige wet is er nooit geweest. Het ontbreken van dergelijk onderzoek én maatschappelijk debat daarover is dan ook een doorn in het oog van de CTIVD, zo blijkt het meest recente jaarverslag van de commissie. Wij delen die conclusie. Zonder het aantonen van de noodzaak is er volstrekt geen aanleiding de uitbreiding van de bevoegdheden zelfs maar bespreekbaar te maken.
Dan nog iets: het is vreemd dat bevoegdheden eigenlijk altijd alleen maar uitgebreid worden. Je zou ook kunnen stellen dat als bevoegdheden eigenlijk nauwelijks gebruikt worden of niet meer effectief zijn, ze geschrapt worden. Dat geldt voor de politie, maar ook voor de geheime dienst. We zijn dan ook benieuwd of er bevoegdheden gaan verdwijnen.
We zijn erg nieuwsgierig naar de uiteindelijke voorstellen van Plasterk en de onderbouwing om die voorstellen te doen.