De een z'n dood…
- 26 november 2015
Ok, niet één, maar 130. En geen brood, maar wel het pleidooi voor het kwetsbaar maken van onze digitale communicatie. Of anders gezegd, hoe de aanslagen in Parijs worden misbruikt voor het kunnen verzwakken van encryptie. En hoe dat vooraf ingecalculeerd is.
De overheid die elk berichtje wil kunnen lezen
Geheime diensten in de Verenigde Staten (en het Verenigd Koninkrijk) pleitten er al langer voor: elke chat en elke e-mail moet leesbaar kunnen zijn voor de overheid. Recent leek Obama toch anders te kiezen. Dit is een uitspraak van de hoogste baas van de FBI, zo’n anderhalve maand geleden en zonder twijfel uitgesproken als een boer met kiespijn:
“The administration has decided not to seek a legislative remedy now, but it makes sense to continue the conversations with industry.”
Woorden van soortgelijke strekking werden ook gebruikt door een woordvoerder van de National Security Council, in een artikel in de New York Times:
“However, the administration is not seeking legislation at this time.”
De crux zit hem natuurlijk in de woorden “not for now” en “not at this time”. Dat onderstreept maar al te goed dat dit geen beslissing uit overtuiging is. Het is enkel de toezegging om op dit moment niet aan te sturen op dwingende wetgeving. Maar waarom zo vaag, waarom niet expliciet voor of tegen?
Het juiste wetsvoorstel op het juiste moment
Uit de Washington Post van vorige week:
Although “the legislative environment is very hostile today,” the intelligence community’s top lawyer, Robert S. Litt, said to colleagues in an August e-mail, which was obtained by The Post, “it could turn in the event of a terrorist attack or criminal event where strong encryption can be shown to have hindered law enforcement.”
There is value, he said, in “keeping our options open for such a situation.”
Wat blijkt: toen de geheime diensten zich een paar maanden geleden realiseerden dat het Congress niet te porren was tot het verplichten van achterdeurtjes, deden ze een zorgvuldige stap terug. De regering zei geen voorstander te zijn van het verzwakken van encryptie. Maar door zich er ook niet expliciet tegen uit te spreken, hield ze alle opties open. Met reden: een terroristische aanslag, zo was de gedachte, zou mogelijk wel verandering in het standpunt van het Congress kunnen teweeg brengen. En daar houden ze dan rekening mee. Heftig. De een z’n dood…
Inmiddels zijn we een paar maanden verder. Voor beleidsmakers in landen als het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten zijn de verschrikkelijke aanslagen in Parijs “such a situation”. Dat is geen zinnige reactie op de gebeurtenissen, dat is misbruik van de gebeurtenissen voor de eigen agenda. Dat de terroristen in Parijs grote delen van hun communicatie juist niet afschermden (hier, hier, hier) doet blijkbaar niet ter zake. Nee, de aanslag is een mooi haakje, meer niet.
Wat willen wij, hier in Nederland?
Gelukkig laat de Nederlandse regering zich niet door die gekte van en na de aanslagen in Parijs leiden. Minister-president Rutte hebben we nog niet horen zeggen dat hij vindt dat elk berichtje door onze geheime diensten meegelezen moet kunnen worden. Dat geldt ook voor de Tweede Kamer-fracties. Bits of Freedom hoopt dat de Nederlandse politiek daarbij blijft: een ander standpunt maakt onze maatschappij immers alleen maar onveiliger.