De dilemma's van digitalisering 1/3
Ergens rond 2005 zei een vriend tegen mij: “De toekomst houd je niet tegen. De digitale ontwikkelingen houd je niet tegen. Je kunt niet voorkomen dat je privacy daardoor onder druk komt te staan.” Toen bedacht ik dat het belangrijk zou zijn om die onafwendbare revolutie dan maar met z’n allen in goede banen te leiden.
Nu, ruim tien jaar later, realiseer ik me pas echt hoe veelomvattend die revolutie zal zijn. Sommige dingen zijn nauwelijks te overzien. In een artikelreeks van drie wil ik laten zien dat het goed is om zorgvuldig na te denken over de impact van digitale initiatieven. We willen tenslotte die berg op, maar wel veilig. In dit eerste artikel schets ik de context door het verschil te laten zien tussen de status van openbare gegevens vroeger en nu. In het tweede deel geef ik een paar concrete voorbeelden en kijk ik naar de mogelijke gevolgen. In het laatste deel vertel ik iets over welke effecten de ontwikkelingen kunnen hebben op je reputatie.
Geen regels, maar visie en attitude
Er is werkelijk van alles mogelijk als je informatie in databases opslaat en die vervolgens aan elkaar koppelt. Openbare informatie digitaal beschikbaar stellen zorgt voor transparantie. Dat is belangrijk, want het geeft ons inzicht en vrijheid. Maar, tegelijkertijd komt onze privacy er soms mee in het gedrang. Moeten we dat accepteren en adopteren is een vraag die naar boven komt. Het is niet mijn bedoeling om die vraag te beantwoorden in dit artikel, maar wel om je aan het nadenken te zetten over een gemeenschappelijke, systematische benadering. Die benadering gaat dan niet over regels, maar over attitude, visie en ethiek.
Wat is privacy, vrijheid en openheid, veiligheid?
Eerst een poging om te duiden waar we mee te maken hebben, want het is moeilijk om de begrippen internetvrijheid, privacy en veiligheid eenduidig te definiëren. Ze zijn niet statisch en veranderen dagelijks als gevolg van de technologische ontwikkelingen. Ze gaan ook niet automatisch hand in hand.
Privacy en communicatievrijheid zijn twee grondrechten die onmisbaar zijn voor je eigen ontplooiing, voor technologische innovatie en de rechtsstaat. Als je dat vertaalt naar vrijheid op het internet kun je denken aan vrij internetverkeer, oftewel een internet dat niet wordt afgeknepen of gecensureerd. Vrijheid is daar ook: een idee kunnen uitvoeren via een eigen website. Bij privacy kun je denken aan veilige opslag van je gegevens, zodat ze niet zomaar “op straat” liggen. Privacy betekent ook dat je zelf moet kunnen bepalen wie welke gegevens van jou mag verzamelen en gebruiken. Veiligheid betekent dat je zonder gevaar voor jou als persoon gebruik moet kunnen maken van het internet en je mening moet kunnen geven. En ook dat je de mogelijkheid hebt om jezelf online te beschermen bijvoorbeeld met behulp van programma’s voor encryptie, antivirus, etc.
Alle drie punten zijn belangrijk, maar soms perken ze elkaar in. Wat gisteren goed was, hoeft dat morgen niet meer te zijn. Meer openheid kan betekenen dat privacy en veiligheid onder druk komen te staan.
Vroeger/nu, het grote verschil
De komst van het internet heeft voor een een aardverschuiving in onze maatschappij gezorgd. Wat vroeger bijvoorbeeld lokaal gebeurde, was daar bekend en elders niet. Voor informatie moest je op reis naar archieven, gemeentehuizen of bibliotheken. Het lag niet “op je bureau” (in je telefoon of je laptop), zoals tegenwoordig.
Een concreet voorbeeld van het verschil tussen de situatie vroeger en nu zie je bijvoorbeeld bij openbare data. Data over personen was wel openbaar, denk bijvoorbeeld aan het geboortebericht in een lokale krant, maar genoot een soort natuurlijke bescherming omdat de informatie veel minder toegankelijk was. Probeer maar eens de geboortedatum van iemand op te zoeken via de geboorteberichten van een fysieke krant. De impact van het digitaliseren van dit soort familieberichten (geboorte, huwelijk, overlijden) is groot. Via een site als bijvoorbeeld www.wiewaswie.nl kun je tegenwoordig in een handomdraai de geboortedatum van je buurman vinden.
Conflict tussen openbaar en privé
Je kunt flink wat algemene persoonsgegevens van iemand verzamelen via databanken op het web (of dat nu al dan niet wettelijk openbare registers zijn), zoals meisjesnaam, adres, geboortedatum. Soms zijn zelfs werkplek en werktijden te achterhalen. En dat is precies het punt waar openbaarheid van gegevens en privacy met elkaar in conflict kunnen komen. Ik bedoel dus nadrukkelijk niet gegevens die je zelf via sociale media openbaar kunt maken.
Het is misschien voor de hand liggend om bij de totstandkoming van zulke online-databanken te redeneren vanuit de oude, analoge, situatie. Als je bedenkt dat een geboortebericht in de krant uit 1970 openbaar is, dan kun je aannemen dat het logisch dat die informatie nu nog steeds openbaar is en dus in een databank kan worden opgenomen. Maar over de impact die dat heeft in deze tijd, wordt —alle goede bedoelingen ten spijt— niet altijd goed nagedacht. Nu we steeds digitaler leven kunnen persoonsgegevens immers makkelijker worden misbruikt voor identiteitsfraude.
Het is daarom belangrijk dat we goed beleid formuleren op digitale initiatieven. Dat geldt niet alleen voor overheid en bedrijfsleven, maar ook voor individuele initiatieven. En dat is best lastig, want je ziet dat het in de praktijk soms moeilijk blijkt om te bepalen of beleid goed is of niet. Openheid en privacy kunnen wringen.
Voor het realiseren van een digitaal initiatief waarbij je met openbare persoonsgegevens werkt, is daarom meer nodig dan voortborduren op de situatie van vroeger, namelijk gezonde attitude, visie en ethiek. Jezelf de vraag durven stellen: “Oké, die informatie is misschien wel openbaar, maar wil ik eigenlijk wel de geboortedatum van mijn buurman online zetten zonder zijn medeweten en toestemming?” Kortom, er is een vertaalslag nodig tussen de oude situatie en de mogelijke situatie in de toekomst.
In mijn volgende blogpost geef ik een aantal concrete voorbeelden van waar het mis kan gaan en wat dat tot gevolg kan hebben.