De week van WannaCry, #ChelseaIsFree en de "Frightful Five"
- 19 mei 2017
Een stukje service van ons naar jou toe: mooie, ontroerende, zorgwekkende en/of hilarische linkjes over internetvrijheid die we deze week ontdekten en graag met je delen.
De if-I-were-you-I-would-reads
- Chelsea Manning is afgelopen week vrijgekomen een deelde haar eerste vrije stappen op Instagram. Wired beargumenteert in dit artikel dat zij de weg vrij heeft gemaakt voor de onthullingen van Snowden en voor de Panama Papers. Ook maakt haar verhaal één ding duidelijk: er is nog altijd betere bescherming nodig voor klokkenluiders.
- We schreven zelf al kort over het computervirus WannaCry, maar we waren natuurlijk niet de enigen. Lees vooral de analyses van Ben Thompson (die vindt dat er geen goed businessmodel is voor het aanpakken van zerodays) en Evgeny Morozov (die de zerodays ziet als uitwas van de het democratisch kapitalisme).
- We zijn Thunderbird-grootverbruikers bij Bits of Freedom (op die ene Mutt-user na) en maakten ons dus best een beetje zorgen over wat er met de mail-client zou gebeuren nadat Mozilla had aangegeven er geen prioriteit meer aan te kunnen geven. Goed nieuws: er is een thuisbasis voor de toekomst gevonden.
- Snap je niets van emoji? Lees dan dit stuk van Nina Polak over hoe ze onze taal kunnen verrijken. Snap je ze wel, check dan het bij de tekst gebruikte beeld: "The Garden of Emoji Delights". Wow.
- Farhad Manjoo legt in de New York Times uit hoe afhankelijk we zijn geworden van Apple, Google, Amazon, Facebook en Microsoft (hij noemt ze de "Frightful Five"). Door ons te laten zien hoe diep de diensten van deze giganten in zijn dagelijkse leven ingrijpen krijg je een goed beeld van hoeveel macht deze bedrijven eigenlijk hebben. Speel zijn spelletje om te ontdekken van welke van deze bedrijven jij het makkelijkst afscheid zou kunnen nemen: Which Tech Giant Would You Drop?
- Tot slot: dit is wat er gebeurt als je in FaceApp het glimlach-filter blijft hergebruiken tot er geen gezichten meer herkend worden (check ook even de rest van het werk van Gene Kogan):