We moeten het internet fixen
- 28 januari 2020
Ieder jaar wordt de Felipe Rodriguez Award uitgereikt aan iemand die een uitzonderlijke bijdrage heeft geleverd aan het bevorderen van privacy. Marleen Stikker kreeg hem in 2019, omdat zij ons inspireert te blijven vechten voor de potentie van het internet. Bij het in ontvangst nemen van de prijs sprak zij deze rede uit.
Het internet van 1993
Ik ben zeer vereerd met deze onderscheiding. Rond deze tijd 26 jaar geleden, bouwde ik met Felipe Rodriguez De Digitale StadLees meer over Marleen Stikker en De Digitale Stad. We zaten boven zijn restaurant Centra in de Lange Niezel. Beneden aten we gamba’s (de beste in de stad) en op de eerste verdieping kreeg De Digitale Stad straat na straat, plein na plein, gestalte.
Eerder dat jaar was, o.a. door Rop Gonggrijp en Felipe, XS4ALL opgericht: een internetprovider waarvoor je Unix-commando’s moest kennen en een beetje een halve nerd moest zijn. Het werd nu tijd om het internet te democratiseren. Een interface te ontwikkelen die voor iedereen begrijpelijk was. Het was 1993 en het internet was een green field. Alles was nog mogelijk. De samenwerking tussen kunstenaars, hackers en tactische mediamakers die in dat jaar tot stand kwam was uitzonderlijk energiek en beloftevol. We deelden dezelfde missie: het toegankelijk maken van het internet voor newbies.
1989: Zorgen op de Galactic Hacker Party
Maar we waren niet alleen optimistisch over de toekomst. Vier jaar eerder hadden dezelfde hackers, kunstenaars en activisten tijdens de Galactic Hacker Party - de eerste in de reeks hackersmanifestaties die elke vier jaar plaats vindt - hun zorgen al verwoord:
"Wij, planetaire burgers en deelnemers in persoon of in elektronische geest, aan de fora en activiteiten van de Galactic Hacker Party in Amsterdam, na drie dagen onze ideeën, ervaringen, verwachtingen en doelen voor de toekomst geconfronteerd te hebben, en diep ongerust over de vooruitzichten van een informatietechnologie die wordt losgelaten door economische en politieke actoren zonder democratische controle en effectieve volksparticipatie, hebben vastgesteld dat:
"Informatie behoort de mensen toe en wordt door de mensen gemaakt. Computer wetenschappers en -ontwikkelaars staan ten dienste van het volk en mogen zich niet ontwikkelen tot een kaste van bevoorrechte en onverantwoordelijke technocraten. Omdat de bescherming van individuele vrijheden onze grootste zorg is, eisen we dat er geen persoonlijke informatie wordt opgeslagen en opgehaald via elektronische middelen. Maak openbare gegevens vrijelijk beschikbaar, bescherm privégegevens gedegen is ons motto."
Dat werd in 1989 opgetekend.
1995: Een aanklacht tegen de Californische ideologie
Andy Cameron en Richard Barbrook schreven in 1995 een aanklacht tegen de Californische ideologie. Ze doorzagen feilloos het opgepompte wensdenken uit Silicon Valley, gekarakteriseerd door een ongebreideld geloof in technologie, aversie tegen democratie en zucht naar kapitaal. Ruim voordat John Perry Barlow zijn pompeuze onafhankelijkheidsverklaring van cyberspace publiceerde, schreven Barbrook en Cameron:
"Er is een opkomende wereldwijde orthodoxie over de relatie tussen maatschappij, technologie en politiek. We hebben deze orthodoxie ‘de Californische ideologie’ genoemd, ter ere van de staat waar het is ontstaan. Door een libertaire politieke filosofie te naturaliseren en haar een technologisch bewijs te geven, en daarmee alternatieve toekomstscenario’s de pas af te snijden, kunnen de Californische ideologen beweren dat sociale en politieke debatten over de toekomst nu zinloos zijn geworden.
De Californische ideologie is een mix van cybernetica, vrijemarkteconomie en tegencultuur-Libertarisme. Zoals gewoonlijk zijn Europeanen niet traag geweest in het kopiëren van deze laatste mode uit Amerika. Zonder duidelijke tegenstanders lijkt de wereldwijde dominantie van de Californische ideologie compleet te zijn.”
Er is door velen geprotesteerd en geagendeerd, waar Waag, Dyne, Setup, CodeforNL, Institute for Network Cultures, XS4ALL en uiteraard Bits of Freedom onderdeel van uitmaken."
"In vele toonaarden is er gewaarschuwd, geargumenteerd, geprotesteerd. Door individuen, door maatschappelijke en culturele organisaties en door digitale burgerbewegingen."
2019: De huidige realiteit
Fast forward. Ruim 25 jaar later. De kaste van bevoorrechte en onverantwoordelijke technocraten hebben er niet naar geluisterd. Het publieke domein op het internet is verwaarloosd. Het zwarte scenario dat werd geschetst door de Galactic Hacker Party en Barbrook en Cameron is werkelijkheid geworden. Europa begint zich langzamerhand te realiseren dat ze het wingewest is geworden van grote techbedrijven en de eigen soevereiniteit is kwijtgeraakt.
Het democratisch toezicht heeft gefaald. Data lekt weg, of eerder: data stroomt weg. Met de opkomst van de surveillance verdienmodellen en intercepties door veiligheidsdiensten is het vertrouwen verdwenen. Geen enkel onderdeel van de technologische stack wordt vertrouwd; niet sinds de onthullingen van Snowden en Cambidge Analytica, en de dagelijkse litanie aan digitale dataroof door lantarenpalen, deurbellen, stepjes, ovulatieapps, buurtapps, routers en usb sticks.
Het internet is stuk
Met het boek ‘Het internet is stuk’ heb ik de alternatieve geschiedenis van het internet, en wat de staat van het internet nu is, in kaart proberen te brengen. Ik beschrijf ook wat we eraan kunnen doen. De ondertitel ‘maar we kunnen het repareren’ claimt dat we het internet nog kunnen fiksen. Dat is natuurlijk enigszins grootspraak en een paar disclaimers zijn op zijn plaats. Zoals mijn oud-collega – en medeoprichter van Fairphone – Bas van Abel antwoordde op de vraag of de Fairphone werkelijk honderd procent fair was: ‘Dat kan alleen als er wereldvrede is.’
Het geldt voor alle technologie, en al helemaal voor het internet. Wereldvrede is ver weg. Dat betekent niet dat we niet moeten streven naar een wereld waarin iedereen in vrede kan leven. Net zomin als het ons ervan moet weerhouden de technologie in onze samenleving enige mores bij te brengen.
Geen eenvoudige oplossing
Er is geen silver bullet – geen eenvoudige oplossing. Er moet op een groot aantal gebieden iets veranderen: in onze cultuur, ons onderwijs, de politiek. Het internet en onze planeet zijn brownfields: een ongebreideld geloof in de markt en aandeelhouderschap heeft beide in een deplorabele staat achtergelaten. Maar een bruin veld kan ook weer groen worden. Om dat te bereiken is een serie veranderingen nodig. Die veranderingen grijpen diep in in de manier waarop onze economie is georganiseerd en hoe we onze instituties hebben vormgegeven.
Een nieuw narratief
We zullen een nieuw narratief nodig hebben en een bewuste en kritische houding tegenover technologie moeten ontwikkelen. We zullen ook het economisch denken op de schop moeten nemen en een economisch model moeten ontwerpen dat gebaseerd is op wederkerigheid en beheer van gezamenlijke bronnen, ook wel ‘commons’ genoemd. Dat hebben we ook nodig voor de overleving van de mensheid op deze planeet, dus we slaan twee vliegen in één klap.
"Als we de samenleving beter willen betrekken moeten we ervoor zorgen dat er praktische, creatieve en kritische kennis en kunde over technologie beschikbaar komt voor iedereen, om te beginnen in het onderwijs"
Het ontwerp van technologie moet anders
Ook de wijze waarop technologie ontworpen wordt moet fundamenteel veranderen. Technologie is een uitdrukking van onze cultuur en maatschappelijke waarden en is te belangrijk om enkel aan de engineers over te laten. Het moet een interdisciplinair proces zijn waar iedereen aan kan deelnemen. Zo hoort Artificiële Intelligentie misschien wel meer thuis bij de geesteswetenschappen of de sociale wetenschappen dan bij de informatici.
De macht van big tech aanpakken
We zullen daarnaast onze publieke middelen moet inzetten om alternatieve technologieën te bouwen en ervoor te zorgen dat de publieke sector deze technologieën gaat gebruiken en kan beheren. Als laatste zullen we onze wetgeving in stelling moeten brengen om de uitwassen van big tech te pareren. We moeten veel strenger reguleren en handhaven; om big tech aan te pakken zijn er nog voldoende mogelijkheden die nog niet ten volle zijn benut. En we moeten ruim baan geven aan organisaties als Bits of FreedomLees hier het verslag over de Big Brother Awards 2019 om ons allen scherp te houden en te strijden voor digitale burgerrechten.
Er is veel te doen, en we hebben geen tijd te verliezen
In 1972 verscheen ‘De grenzen aan de groei’, het rapport van de Club van Rome dat de deplorabele toestand van de planeet in kaart bracht, en de gevolgen daarvan voor de toekomst. Pas 43 jaar later in 2015, stelden de Verenigde Naties duurzame ontwikkelingsdoelstellingen vast en formuleerden we een wereldwijde strategie om binnen de grenzen van wat de planeet aankan te blijven. Het is zelfs gelukt om alle complexiteit van de klimaatcrisis terug te brengen tot een enkel streefgetal: we willen de opwarming van de aarde beperken tot 1,5 graad.
We hebben nog geen vergelijkbaar helder geformuleerde duurzame ontwikkelingsdoelstellingen voor het internet: soevereiniteit en vrijheid zijn niet in een getal te vatten. De urgentie is er niet minder om. Het is tijd om de handen ineen te slaan en ongebruikelijke coalities te sluiten, tussen samenleving, wetenschap, overheid, met daarin een centrale positie voor hackers, kunstenaars en activisten. Een coalitie zoals die in 1993 aan de basis stond van het publieke internet.
Met andere woorden: er is veel te doen, en we hebben geen tijd te verliezen!