Opinie: Een veiliger land? Maar voor wie dan precies?
- 20 maart 2024
Onderzoek naar een hele (etnische) groep, terwijl één lid verdacht is. Dat gebeurt nog steeds. Daarom moeten we anders gaan denken over veiligheid.
Dit artikel is op 23 februari 2024 gepubliceerd in TrouwDe originele publicatie vind je hier..
Het zoveelste schandaal waarbij hele gemeenschappen onrechtmatig worden gesurveilleerd
De inlichtingendiensten kregen onlangs een forse tik op de vingers. Ze deden onrechtmatig onderzoek naar bevolkingsgroepen in Nederland, blijkt uit het laatste rapport van de toezichthouder (CTIVD), die drie dossiers onder de loep nam. Demissionair minister De Jonge nam het voor de diensten op, in alle drie dossiers was sprake van ‘dreigingsperspectief’, die vallen onder de taakomschrijving van de inlichtingendiensten. Dan kan het, aldus De Jonge, noodzakelijk zijn om een beeld op te bouwen van een gemeenschap. Maar de conclusie van de toezichthouder is helder: de onderzoeken naar ‘gemeenschappen’ stonden niet in verhouding tot het doel en er waren lichtere middelen voorhanden geweest. Doordat dit soort schandalen zo vaak voorkomt, verbaast het ons misschien steeds minder dat dit gebeurt.
Impact van discriminatie
Voor de fundamenten van onze democratische rechtsstaat is het echter ontzettend belangrijk om te blijven beseffen dat dergelijke discriminatie allerminst normaal is. Sterker nog, het is niet eens legaal. Maar belangrijker dan de vraag of dit wel mag of niet, is de vraag wat de impact is.
De inlichtingendiensten kregen soms over één of enkele personen een signaal, en besloten op basis daarvan een hele gemeenschap te onderzoeken. Die gemeenschappen zijn gebaseerd op een gedeelde etniciteit, religieuze overtuiging of beroepsgroep. Behoor je tot zo’n gemeenschap, kan dat al voldoende aanleiding zijn om onderzoek naar jou te doen. Plotseling wordt je afkomst, geloof of beroep gecriminaliseerd; gemaakt tot een eigenschap die jou verdacht maakt. Je wordt het onderwerp van ingrijpende overheidssurveillance.
Het is een voorbeeld van hoe surveillance leidt tot profilering, vervolgens tot stigmatisering en soms zelfs tot criminalisering. Ineens maakt dit zo’n veiligheidsmaatregel toch niet zo veilig. Want wie beschermt ons eigenlijk tegen de overheid? Hoe denken we eigenlijk over de ‘veiligheid’ die dergelijke maatregelen nastreven?
Het is een voorbeeld van hoe surveillance leidt tot profilering, vervolgens tot stigmatisering en soms zelfs tot criminalisering. Ineens maakt dit zo’n veiligheidsmaatregel toch niet zo veilig.
Vaak wordt namelijk niet gespecificeerd welke vorm van veiligheid met een maatregel wordt nagestreefd. Of over wiens veiligheid het eigenlijk gaat. En of er ook personen zijn van wie de veiligheid erdoor juist onder druk komen te staan. En dat is wel degelijk belangrijk. De veiligheid van de één is namelijk lang niet de veiligheid van de ander.
Denk aan het fraude-algoritme van de gemeente Rotterdam, die jonge moeders en mensen die slecht Nederlands spraken tot de hoogste risicogroepen rekenden. Met strengere controles tot gevolg. Denk aan stigmatisering en discriminatie door de Top 400 waarmee Amsterdam high impact crime wil bestrijden. Het leidt tot een lijst met jongeren die op basis van voorspellingen een grote kans zouden hebben om in de criminaliteit te belanden. Er staan ook jongeren op die geen strafbare feiten hebben gepleegd en enkel indirect, bijvoorbeeld door hun netwerk of gezinsleden, met de politie in aanraking zijn geweest.
En zie hoe het er soms aan toe gaat in Whatsapp buurtpreventie apps wanneer er een niet-witte jongere met een capuchon op door de straat loopt.
Debat openbreken
Het is tijd dat we het debat over veiligheid openbreken. Repressie en law and order maatregelen zijn niet altijd het antwoord. Ze dienen slechts een beperkte groep in de samenleving. Dit zorgt voor een machtsverschil waarbij de veiligheid van bepaalde groepen veel minder wordt beschermd, en potentieel zelfs bedreigd wordt.
De behoeften aan veiligheid zijn divers, net als de mensen over wiens veiligheid het gaat. Zoals veiligheid in veel verschillende vormen kan en moet komen, zouden veiligheidsmaatregelen eenzelfde veelvormigheid moeten kennen. En moeten in het debat veelvormige stemmen gehoord worden waar die maatregelen worden ontworpen.