Hack 6: Haastige spoedwetgeving is zelden goede wetgeving
- 26 juni 2013
Het hackvoorstel is nodig, volgens de Minister. Hard nodig. Het is zelfs zo hard nodig dat er geen moeite is gedaan om de haast te verhullen. We hebben een aantal voorbeelden eruit gepikt.
De haast blijkt uit de opmerkingen van minister Opstelten bij het Algemeen Overleg Cybersecurity op 29 mei 2013, waarin hij de hoop uitsprak dat gezien de dringende noodzaak het parlement snel in zal stemmen met het voorstel.
De haast blijkt verder uit het aantal spel- en typfouten in de Memorie van Toelichting. Van een dergelijk serieus document zou je verwachten dat dit goed uitgewerkt is, maar niets is minder waar. Zo wordt er onder meer gesproken over truecript in plaats van truecrypt en wordt er ‘hoer’ gebruikt waar ‘hoe’ ogenschijnlijk veel beter past. Dit zijn taalkundige voorbeelden, maar ze zijn exemplarisch voor het hele stuk, ook voor de inhoud.
Zo wordt er uiterst marginaal getoetst aan de grondrechten en ook de noodzaak voor dit wetsvoorstel wordt niet aangetoond. Als deze bevoegdheid zo hard nodig is, waarom is er dan zo’n magere onderbouwing van de noodzaak? Er wordt volstaan met de opmerking dat de bestaande opsporingsbevoegdheden onvoldoende effectief zijn, maar zonder onderbouwing is dat slechts een mening.
Deze haast is erg onverstandig. Haast leidt tot slordigheid. Als deze slordigheid wordt vertaald in wetgeving, is er dus slordige wetgeving waar niemand bij gebaat is.
Psst, vergeet je niet stickers te kopen?
Bovendien is de overheid nog helemaal niet klaar voor deze bevoegdheid. De politie is onvoldoende gekwalificeerd, de rechterlijke macht heeft onvoldoende kennis van de techniek, over de techniek zelf is teveel onduidelijkheid en de controle op de inzet is daarmee ondermaats.
De overheid is nu net een klein kind dat een nieuw speeltje wil hebben, ongeacht de consequenties. En zonder na te gaan wat nu precies exact de risico’s zijn wordt deze bevoegdheid in de maag van de internetgebruiker gesplitst. En dat is nu precies niet wat we moeten doen.
Wat vind jij van dit nieuwe speeltje, Ivo?