De lobby-tomie 4: Innovatie is the magic word
- 23 november 2015
Als er één woord is dat in het huidige politieke klimaat overtuigt is het wel “innovatie.” Lobbyen draait om het overtuigen van beleidsmakers voor jouw belang. Maar is innovatie wel een goed argument? In het vierde blog van de privacylobby hebben we het over hoe partijen innovatie gebruiken.
De nieuwe Europese privacywet is het meest belobbiede stuk wetgeving in Europa tot dusver, omdat het onderwerp zo belangrijk is en zo’n beetje elk deel van ons dagelijks leven raakt. Daarom hebben wij om openbaarmaking gevraagd van alle lobbydocumenten die de Nederlandse regering ontving over deze wet. De komende dagen publiceren we die documenten met onze analyse in een serie blogs. Wie lobbyen? Wat willen ze? Wat betekent dat voor jou? Klik voor de andere posts hier. Klik hier voor alle lobbydocumenten. Deze serie blogs is ook samengevoegd in een rapport.
Waarom innovatie?
Waarom zou innovatie nu zo veel gebruikt worden? In de eerste plaats omdat partijen er zelf heilig van overtuigd lijken dat de beleidsvoorstellen waarmee zij komen gaan leiden tot ‘innovatie.’ Daarnaast is innovatie hip. Zoals professor Neil Richards wel eens zegt: je kan het woord net zo goed veranderen voor het woord “magic” en de inhoudelijke strekking blijft hetzelfde.
Dus innovatie!
Partijen slaan hier op aan en het woord komt vaak terug. Bijvoorbeeld door VNO-NCW (EZ 10.pdf), de werkgeversorganisatie. Zij stellen dat er minder verplichtingen op het bedrijfsleven moeten worden gelegd. VNO-NCW is sowieso van het innovatie-argument. (VJ 17.pdf). Daarin poneren zij bijvoorbeeld: “innovatie wordt belemmerd” als kop en als feit. Met daaronder:
“Diverse strikte voorschriften in de wet beperken allerlei innovatieve nieuwe toepassingen. Mogelijkheden die soms nog niet eens bedacht zijn. Bijvoorbeeld toepassingen met’ big data’ en het ‘internet of things’.”
Mogelijkheden die soms nog niet eens bedacht zijn! Magic!
“Met ‘big data’ werd eerder uit zoekgedrag van consumenten op een specifieke plek afgeleid dat daar een griepepidemie zou plaatsvinden, nog voordat de betrokken personen überhaupt een dokter hadden gezien. De voorstellen blokkeren deze toepassing de facto.”
Hoe dat de facto gebeurt staat er niet bij. Interessant is ook dat Google Flu Trends, waar het hier over gaat, juist heftig is bekritiseerd omdat het niet erg accuraat was. Daarnaast suggereren sommigen dat flu trends naar de achtergrond verdwijnt omdat het niet genoeg opleverde. Een academica noemt het een voorbeeld van big data “hubris” (hoogmoed).
De brief gaat verder:
“Ook het ‘internet of things’ , waarbij steeds meer gebruiksvoorwerpen (hartslagmeters, auto’s, koffiezetapparaten, etc.) met het Internet verbonden zijn en gegevens uitwisselen, wordt belemmerd. De vereisten van expliciete toestemming en van zichtbare uniforme informatie zijn gewoonweg niet overal toe te passen. Moeten consumenten straks op het minuscule schermpje van de hartslagmeter eerst door allerlei privacy statements scrollen en moet de maker van het slimme koffiezetapparaat naast de cappuccino knop ook een toestemmingsknop inbouwen?”
Een grappig voorbeeld, maar voor een partij die zó met innovatie schermt, getuigt dit van een weinig innovatieve kijk op transparantie en toestemming. Nee, het hoeft niet precies als een cookieverklaring te zijn. Informatievoorziening en transparantie kan ook worden bijgeleverd of via een website worden gegeven.
Andere partijen doen hetzelfde. Zie bijvoorbeeld (PV 89.pdf) Business Europe. Zij zeggen dat big data veel geld gaat opleveren. Maar alleen met regels die hen zinnen.
Toekomstige business modellen?
Helemaal bont maakt de media het in dit opzicht. Uitgevers van kranten en magazines lobbyen voor de gapende gaten in onze privacybescherming ten behoeve van “toekomstige business modellen.” (zie bijvoorbeeld PV 29.pdf en PV 34.pdf). Zo stellen zij bijvoorbeeld dat je het principe van doelbinding gewoon opzij moet kunnen zetten als derde partij. Dat is echt zorgelijk. Doelbinding is een fundamenteel grondbeginsel van databescherming: het zorgt ervoor dat als jij gegevens deelt voor één doel, die gegevens niet mogen worden gebruikt voor een ander doel. Je deelt gegevens met je dokter omdat je weet dat hij of zij het niet verder deelt. Mediabedrijven willen dat principe opzij zetten omdat ze misschien de gegevens nodig hebben voor toekomstige business modellen. We geven dan iets op zonder dat we weten of we er iets voor terugkrijgen. Dat is heel raar.
Innovatie is geen carte blanche
In het economische domein is de valse tegenstelling innovatie vs. privacy populair en hier geldt: het is echt onzin. Het innovatie-argument moet dan ook altijd kritisch tegemoet worden getreden. Als samenleving moeten we op zoek naar privacyvriendelijke innovatie en niet allerlei grondbeginselen inruilen omdat gouden bergen beloofd worden.
In het volgende blog gaan we het hebben over ‘technische amendementen die worden aangeboden door behulpzame organisaties. Zijn ze echt behulpzaam of zijn het politieke keuzes?