Zonder goede uitleg mag minister tapstatistieken AIVD niet geheim houden
- 04 mei 2016
Hoe lang zou minister Plasterk de geaggregeerde cijfers over het aantal keer dat de AIVD internet- en telefoonverbindingen aftapt, geheim kunnen houden? Twee jaar geleden vroegen we om de cijfers, maar de minister stuurde ons herhaaldelijk met een kluitje in het riet. Vandaag oordeelt de rechter in ons hoger beroep dat de beslissing van de minister kul is en de minister ons verzoek nu echt serieus moet beoordelen.
De uitspraak van rechter komt op een heel belangrijk moment. Het kabinet wil immers de bevoegdheden van de Nederlandse geheime diensten aanzienlijk uitbreiden, zo blijkt uit het gelekte wetsvoorstel. Daar moeten we een goed debat over voeren, maar zo’n debat is ontzettend lastig als je van niets weet. Eén van de nieuwe bevoegdheden waarmee het kabinet het arsenaal aan tools van de geheime diensten wil uitbreiden is een sleepnet. Daarmee zou straks de AIVD bijvoorbeeld alle chats vanuit heel Utrecht kunnen onderscheppen. Dat zijn dan vooral chats van mensen die helemaal niets kwaads in zin hebben.
Over dat sleepnet zegt het kabinet in de toelichting op het voorstel dat zij “maximale transparantie [betracht] over de inzet van de nieuwe bevoegdheden”. Yeah, right. Hoe geloofwaardig is dat? Niet. De minister wil al niet eens wat geaggregeerde statistieken over de inzet van een minder controversiële bevoegdheid geven. In diezelfde toelichting zegt het kabinet ook “een groot belang […] vanuit het oogpunt van transparantie” te hechten aan een goede afhandeling van informatieverzoeken. Wij denken dan: daar kan de minister vandaag al mee beginnen. Scheelt ons, en ook zijn juristen, een paar jaar procederen.
Of de minister nu de cijfers alsnog openbaar gaat maken? Met het verscheuren van de eerdere weigering is de hoogste bestuursrechter in Nederland in ieder geval glashelder: de minister moet de cijfers openbaar te maken of, als hij dat nog steeds niet wil, zijn weigering heel veel beter motiveren. Mocht de minister opnieuw weigeren, dan belooft dat weinig goeds over de transparantie van de inzet van eventuele vergaande bevoegdheden in de toekomst.