Wat wil het Openbaar Ministerie precies met versleuteling?
- 23 augustus 2016
Natuurlijk maakt een goede beveiliging van digitale communicatie het werk van de politie een stuk lastiger. Want als niemand kan meeluisteren, dan kan de politie dat ook niet. Het Openbaar Ministerie wil graag een vordering bij WhatsApp kunnen doen, maar dan wel zonder de beveiliging te verzwakken. Hoe zou dat werken?
Iedereen versleutelt voortdurend en bijna ongemerkt informatie op het internet. Dat is ook niet zo gek, want het is een belangrijke bouwsteen voor het vertrouwen in onze digitale infrastructuur. Neem bijvoorbeeld internetbankieren, waar versleuteling tenminste vier belangrijke rollen vervult. Versleuteling zorgt er voor dat jij zeker kunt zijn dat je met je eigen bank zaken doet en niet met iemand die zich voordoet als jouw bank. Het zorgt er ook voor dat niemand stiekem kan meekijken naar wie jij geld overmaakt. Bovendien wordt voorkomen dat jouw betaalopdracht onderweg kan worden aangepast waardoor je geld bij een crimineel terecht zou komen. Tenslotte, door jouw gegevens te versleutelen kan de bank die gegevens veilig opslaan, zodat bij een digitale inbraak niet alles op straat ligt.
De afgelopen dagen besteedden het NOS Journaal en RTL Boulevard aandacht aan het probleem dat de politie steeds vaker zegt te hebben: het is lastig om versleutelde informatie te lezen en onderzoeken verlopen daardoor moeizamer. Dat zal zonder twijfel het geval zijn, geloven we meteen. Maar wat het Openbaar Ministerie dan wel wil is minder helder.
Gelukkig zegt het Openbaar Ministerie, bij monde van officier van justitie Egberts, dat ook zij die versleuteling niet wil verzwakken. Dat is een mooi standpunt. Maar toch, voor de zekerheid, bedoelt het Openbaar Ministerie ook écht dat zij ook niet wil dat de overheid i) grenzen stelt aan de maximale lengte van encryptiesleutels, ii) achterdeurtjes laat inbouwen, iii) verplicht extra sleutels toe laat voegen of iv) andere stappen neemt die de ontwikkeling en toepassing van hoogwaardige versleuteling in de weg staan?
Aan het einde van het item bij het NOS Journaal zegt de officier van justitie: “Wat we het liefste zouden willen is dat er na een rechterlijke toetsing toch een mogelijkheid is om aan een bedrijf te vragen om die [versleutelde] informatie beschikbaar te stellen.” Dat lijkt toch haaks te staan op “het niet willen verzwakken van versleuteling.” En dus vragen we ons af, wat heeft het Openbaar Ministerie precies voor ogen? Wij horen het graag – ook als de oplossing “niet eenvoudig” is en niet in 140 karakters past.
Wat denk jij? Waarop is het Openbaar Ministerie aan het voorsorteren?