Nederlandse regering moet wel tegen CETA zijn
- 01 augustus 2012
We berichtten eerder al dat de Europese Commissie probeert ACTA via een Canadese achterdeur naar binnen te smokkelen. Omstreden ACTA-bepalingen blijken namelijk één-op-één in een vergevorderde conceptversie van een handelsovereenkomst tussen de EU en Canada te zijn geplakt: de zogenaamde Canada – EU Trade Agreement (CETA). Nederland heeft zich stellig tegen ACTA uitgesproken en we verwachten daarom dat zij bij copycat CETA hetzelfde zal doen. In een open brief hebben we Minster Verhagen (EL&I) vandaag gevraagd om dit binnen veertien dagen aan ons te bevestigen:
Geachte heer Verhagen,
Op 4 juli 2012 besloot het Europees Parlement tot verwerping van het Anti- Counterfeiting Trade Agreement (ACTA). Tot onze grote schrik werd ACTA nog geen zes dagen later opnieuw onderwerp van discussie. Uit een gelekte versie van het Canada – EU Trade Agreement (CETA) blijkt namelijk dat dit verdrag een aantal bepalingen bevat die nagenoeg identiek zijn aan bepalingen uit ACTA.
Uit een vergelijkingsoverzicht tussen ACTA en CETA (zie bijlage) volgt dat de gelijkenis ziet op – onder meer – artikel 23(1), 27(3) en (4) en 9(1) van ACTA. Deze omstreden bepalingen gaan over respectievelijk strafrechtelijke handhaving, private handhaving door Internet Service Providers en schadevergoeding. Juist deze bepalingen zijn omstreden en waren reden om ACTA te verwerpen.
Tot onze blijdschap was het groeiende verzet tegen ACTA ook voor uw regering reden om ACTA af te wijzen: bij brief van 25 juni 2012 liet u weten ACTA definitief niet te ondertekenen. Nederland nam hiermee het voortouw in de strijd tegen ACTA op Europees niveau.
Wat betreft CETA is voor Nederland is een zelfde rol weggelegd. Gezien uw regeringsstandpunt over ACTA, gaan wij er vanuit dat wanneer CETA in de Raad van Ministers wordt besproken, uw regeringsstandpunt over de ACTA- bepalingen in CETA hetzelfde zal zijn. Immers, het gaat om inhoudelijk dezelfde bepalingen.
Overigens waren we enigszins verbaasd door uw brief van 10 juli 2012, waarin u reageert op een oproep om tegen nieuwe met ACTA vergelijkbare verdragen te stemmen. U overweegt daarin “dat elk ontwerp-verdrag op zijn eigen inhoud zal worden beoordeeld”. Zoals we hier voor hebben opgemerkt zijn een aantal bepalingen in ACTA en CETA identiek. Dat geldt dus ook voor hun beoordeling. Een eigen inhoudelijke beoordeling van deze bepalingen in CETA zal dan ook niet leiden tot een ander oordeel. We gaan er daarom vanuit dat uw overweging niet op deze bepalingen ziet.
Daarvoor maakt het geen verschil dat de Europese Commissie op 11 juli liet weten dat artikelen 27(3) en (4) van ACTA inmiddels uit CETA zijn verwijderd. De gelijkenis met ACTA strekt immers verder dan dit ene artikel.
Wij verzoeken u daarom met klem te bevestigen dat de Nederlandse regering in de Raad van Ministers tegen CETA zal stemmen, althans tegen die bepalingen die inhoudelijk gelijk zijn aan enige bepaling van ACTA. Wij verzoeken uw regering verder te bevestigen dat zij ernaar streven dat deze bepalingen uit CETA worden verwijderd. Uw bevestiging ontvangen wij graag ruim voor de eerstvolgende vergadering van de Raad van Ministers en in ieder geval binnen veertien dagen na dagtekening van deze brief.
Hoogachtend,
Simone Halink